Op een dag ontmoeten twee mensen elkaar na zeventien jaar weer. Zeventien jaar eerder, in hun idealistische jeugd, hadden ze een korte, brandende affaire gehad. Dat was vlak na de oorlog, de tijd van groot enthousiasme en vertrouwen in de toekomst. Omdat ze zich wilden wijden aan de nieuwe samenleving, hadden ze ervoor gekozen afstand te doen van persoonlijk geluk, omdat ze hun liefde beschouwden als een ontoelaatbaar zijspoor van de eisen van die tijd.